Aan de Zuidpool - Roald Amundsen 2 стр.


Eenmaal in zee, zet de Fram, met al haar zeilen bijgezet, vlug koers naar het Zuiden, voortgestuwd door den noordoostpassaat. Na de snikheete dagen op de reede is die koelte een heerlijkheid en geeft ons een groot gevoel van welbehagen. De honden, die stellig het verblijf te Funchal overvloedig warm hebben gevonden, begroeten de komst van de koelte met een concert. Ook zij moeten hun aandeel aan de algemeene opluchting hebben, en we laten hen terdege smullen.


Algemeene rust aan boord.


Den volgenden morgen, als ik aan dek kom, krijg ik den indruk, dat men mij met nog meer hartelijkheid begroet dan anders; ik zie slechts lachende gezichten. Mijn metgezellen verbazen zich er vooral over, dat ze niet eerder mijn plannen hebben geraden. Die honden, die hut met keuken en het complete meubilair! roept er een. Hoe heb ik zoo dom kunnen wezen, om geen vermoeden te krijgen? Hoe kon dat alles noodig zijn voor een schip, dat hoogstens kon afdrijven en tusschen het ijs raken? Ik troost diegenen, die daarover klagen, met de opmerking, dat hun gebrek aan doorzicht de zaak der expeditie ten goede is gekomen. De officieren, die ik in vertrouwen heb genomen, zijn niet de minst gelukkigen, nu ze ontheven zijn van het geheim. Voortaan kunnen ze praten zonder terughouding en zonder te vreezen, een onvoorzichtigheid te begaan. Het nieuwe programma van de expeditie blijkt een onuitputtelijk onderwerp van gesprek. Dank zij de algemeene belangstelling voor de nieuwe onderneming verloopt onze vaart zonder verveling. Een groot aantal van mijn medewerkers hebben reeds vele jaren in de Noordelijke IJszee doorgebracht; maar ze weten nog niets van de Zuidelijke. Ik alleen heb een campagne meegemaakt in de zuidelijke poolwereld, toen ik luitenant was aan boord van de Belgica, en bovendien hebben misschien één of twee personen van de bemanning eens een ijsberg gezien in de buurt van kaap Hoorn. Mijn metgezellen kennen evenmin de rijke litteratuur, die er over het Zuidpoolgebied bestaat sedert de laatste jaren. Waarom ook zouden ze zich vroeger met die studie hebben Bladzijde 110beziggehouden? Thans zijn de omstandigheden veranderd. Ik beschouw het als een dringende noodzakelijkheid, dat ieder van ons op de hoogte is van hetgeen er reeds is gewerkt in de streken, waar we heengaan. Dat is het eenige middel, om van tevoren vertrouwd te raken met de moeilijkheden, waartegen we zullen hebben te strijden. Met die bedoeling heb ik een biblioteek meegenomen van alle antarctische reisverhalen van Cook en James Ross af tot commandant Scott en Sir Ernest Shackleton toe. Die verschillende boeken worden gretig gelezen, vooral de beide laatstgenoemde. De boeken van Scott en van Shackleton, die boeiend geschreven zijn en vergezeld gaan van prachtige platen, worden steeds weer gevraagd. Zoo dus de theoretische opvoeding van de medewerkers krachtig wordt aangevat, de practijk wordt ook niet verwaarloosd. Gedurende de vaart door het gebied der passaten kan, daar de richting en de kracht van den wind constant blijven, het aantal mannen op wacht sterk verminderd worden, en de specialiteiten aan boord kunnen het exploratiemateriaal in orde brengen.

Ofschoon vóór het vertrek de grootste voorzorgsmaatregelen zijn genomen, opdat de verschillende onderdeelen van de uitrusting zoo goed en practisch mogelijk zullen wezen, moet er toch vrij wat worden veranderd. Men is nooit aan het eind met een materiaal, dat zoo samengesteld is als het onze; men kan er altijd nog verbeteringen in aanbrengen. Men zal later ervaren, dat er veel meer arbeid is voorbereid, dan men af kon, niet enkel op de lange reis, maar ook tijdens de overwintering.

Gedurende de eerste veertien dagen na het vertrek uit Madera halen wij, dank zij den Noordoostpassaat, met onze zeilen een vrij goede gemiddelde snelheid. De machinisten profiteeren ervan, door den motor flink schoon te maken, en toen dat gebeurd was, besteedde Nödtvedt zijn vrijen tijd aan het aambeeld, want we hadden verschillende stukken noodig voor de sleden, de messen, de harpoenen, dan staven, honderden haken en kettingen voor de honden. Tot in het midden van den Indischen Oceaan sloeg onze vriend trouw het ijzer, maar toen we een keer in het gebied der westenwinden waren, werd zijn taak moeilijk door het rollen van het schip.

Wat was er al niet gezegd over de Fram, eer ze deze bestemming kreeg! Sommigen beweerden, dat ze overal lek was, anderen, dat ze heelemaal vergaan was. De beide lange reizen, die ze achter den rug heeft van 1910 tot 1912, bewijzen voldoende, hoe dwaas die praatjes waren.

Gedurende twintig maanden van de vier-en-twintig heeft het schip gevaren op onstuimige zeeën, die de stevigheid van de schepen op zware proef stellen. Thans is de Fram in even goeden toestand als bij den aanvang, en ze zou dezelfde tochten weer kunnen beginnen zonder reparatie. Bovendien wisten wij uitstekend, hoe het met de stevigheid gesteld was. Maken niet alle houten schepen een zekere hoeveelheid water? Wanneer de motor elken morgen wordt stop gezet, behoeft er niet langer dan tien minuten aan de handpompen te worden gepompt, om het ruim te ledigen. O, neen, de Fram is stevig genoeg. Daarentegen waren het tuig en de uitrusting minder naar mijn zin; bij gebrek aan voldoende fondsen had ik ze niet zoo volledig kunnen maken als ik zou hebben gewenscht.

In dit gedeelte van September vorderden we goed naar het Zuiden; vóór den 15den zijn we al een heel eind in de tropische zee. De warmte hinderde ons niet; trouwens die is in open zee altijd wel te dragen, zoolang het schip vaart. Daarentegen kan het op een zeilschip, dat stil moet liggen, met de zon in het zenith, niet uit te houden zijn van de hitte. In zoo'n geval brachten wij onzen motor aan den gang, en dan hadden we een weinig koelte ten minste op het dek. Maar in de hutten was het dan als in een oven. De hutten, die anders zoo comfortabel zijn, hebben geen patrijspoorten, zoodat het onmogelijk is, er wat lucht te maken.

In de buurt van den aequator, tusschen den noordoostpassaat en den zuidoostpassaat, heeft men het gebied van de windstilte. De ligging en de uitgebreidheid wisselen af met de seizoenen; het kan zelfs voorkomen, dat het er heelemaal niet is en dat een geregelde, standvastige wind u door de geheele equatoriale zone voert. Maar veelal houdt die streek van de stilte de zeilschepen erg op. Wij komen in het gebied op een ongunstig tijdstip; vanaf den tienden graad N.B. heeft de noordoostpassaat ons in den steek gelaten. Als er geen wind was geweest, zou dat zoo erg niet zijn geweest, want we zouden den motor hebben laten loopen; maar we hadden het ongeluk, een standvastigen zuidenwind te vinden, die ons aanmerkelijk ophield. Bovendien kregen we niet de dagelijksche stortbuien, die gewoonlijk op deze breedten voorkomen, waardoor in enkele minuten de watervoorraad wordt vernieuwd; wij zamelen slechts een paar druppels in. Om niet in verlegenheid te komen voor het vervolg, werd zuinigheid voorgeschreven. Van dat oogenblik af wordt het eten voor de honden zuinig afgepast en het onze tot het hoogst noodige beperkt. Om die reden werden de soepen afgeschaft en het wordt verboden, zich met zoet water te wasschen. Een overvloedige hoeveelheid van zeep, die in zeewater oplost, vergunt ons, ons te blijven wasschen en het waschgoed te reinigen. Indien we al gedurende enkele weken ongerust zijn over onzen watervoorraad, die vrees is spoedig voorbij, daar de reservevoorraad meer dan tweemaal langer heeft gestrekt dan we hadden gerekend. En in geval van nood zouden we hebben aangelegd op een der eilandjes, op onzen weg gelegen.

Meer dan anderhalve maand lang zijn de honden vastgebonden gebleven. Dat systeem heeft ze zoo gehoorzaam gemaakt, dat we hun de vrijheid geven. De verandering zal hun zeer aangenaam wezen en zal hun goed doen, zonder nog erbij te rekenen, dat het gezicht van hun vroolijkheid ons een afleiding zal bezorgen bij de eentonigheid van ons bestaan.

Meer dan anderhalve maand lang zijn de honden vastgebonden gebleven. Dat systeem heeft ze zoo gehoorzaam gemaakt, dat we hun de vrijheid geven. De verandering zal hun zeer aangenaam wezen en zal hun goed doen, zonder nog erbij te rekenen, dat het gezicht van hun vroolijkheid ons een afleiding zal bezorgen bij de eentonigheid van ons bestaan.

Voordat we aan de gevangenen de vrijheid geven, moeten we hen eerst ontwapenen. Zonder die voorzorg zou er dadelijk een gevecht losbreken en er zouden één of meer dooden vallen. Dus wordt elke hond stevig gemuilband. Aan het eind van die bewerking beweegt geen enkele hond zich; allen schijnen iedere gedachte te hebben opgegeven van ooit de plek te verlaten, waar ze zoo lang zijn geweest. Na een oogenblik van nadenken vat één van hen moed Bladzijde 111en doet een paar stappen. Het zien van zijn vrijheid wekt de anderen op en onmiddellijk werpen ze zich op den wandelaar, gelukkig met die gelegenheid, om eindelijk eens op elkander te kunnen aanvallen. Maar ze hadden buiten de muilbanden gerekend; er vlogen enkele haren als eenige trofeeën. Dit was maar een schermutseling; toen eenmaal de strijdbijl was geworpen, werd het gevecht weldra algemeen. Twee uur lang duurt het gevecht onder een afgrijselijk gehuil; de haren vlogen, maar de huid bleef ongedeerd. Dien namiddag redden de muilkorven een massa levens.

Vechten is een groot genoegen voor Eskimohonden. Het zou zoo erg niet wezen, als ze niet de gewoonte hadden om samen te spannen en op een afzonderlijk beest aan te vallen, dat als slachtoffer wordt gekozen. Als men ze stil hun gang liet gaan, zouden ze hun arme prooi niet loslaten, eer die gedood was. Honden van groote waarde vinden zoo soms in enkele oogenblikken den dood. Wij deden ons best, om hen op te voeden tot beter manieren, en ze begrepen gauw, dat die manier van plezier maken ons niet aanstond. We hadden hierbij te strijden tegen een soort van instinct, en het zou een ijdele hoop zijn geweest, te denken, dat de opvoeding dat instinct zou dooden. De honden bleven in vrijheid tot het eind van de reis; ze werden enkel vastgebonden gedurende de uren van den maaltijd. Natuurlijk kropen ze in alle hoekjes en gaatjes van het schip, en zoo zag men des morgens vaak geen hond meer op het dek; allen hadden zich hier of daar verstopt. Verscheiden maakten gebruik van een open luik, om in het ruim te komen, en een val van zeven en een halven meter liet hen ongedeerd. Na de eerste gevechten bleef het rustig, en de helden van den strijd legden een soort van schaamte aan den dag om de geringe uitwerking van hun pogingen. In hun oogen verloor de sport veel van haar bekoorlijkheid, als er geen bloed vloeide van hun tegenstanders.

De onderlinge verhouding tusschen de honden droeg niet altijd dit vijandige karakter; er ontstond vaak vriendschap, die wel eens zoo sterk werd, dat van twee vrienden de een niet buiten den ander kon. Voordat we hun de vrijheid gaven, was ons de treurige stemming van sommigen onder hen opgevallen. Op den dag, toen ze vrij waren, ontdekten wij, dat die melancholie enkel voortkwam uit het feit, dat ze gescheiden waren van zeer dierbare vrienden, die op een andere plek van het dek waren vastgebonden. Wij profiteerden dadelijk van die aanwijzing, door in hetzelfde span de dieren te vereenigen, die door genegenheid aan elkander waren verbonden.

Langzaam maar zeker gaat het naar het Zuiden en geleidelijk daalt de temperatuur en wordt beter geschikt voor menschen uit het Noorden. Zooals ik had voorzien, waren we ten zuiden van kaap de Goede Hoop twee maanden na het vertrek van Madera. Op den dag, toen we den meridiaan van Afrika's zuid punt passeeren, komt er een hevige storm opzetten, die met zeer hooge golven gepaard gaat; ons schip houdt zich echter best en toont eens, wat het kan. Als er een enkele van die hooge zeeën op het dek kwam, zou ze alles kapot slaan. Maar de Fram is een bewonderenswaardig schip. Als de golven van achteren komen, dreigend ons te overstelpen, rijst het schip met een sierlijke beweging, en de monsterachtige golf glijdt eronder langs. Een albatros zou het niet mooier kunnen doen.

Daar het Kerguelen-eiland op onzen weg ligt, besluiten we, daar aan te doen en een bezoek te brengen aan onze landgenooten, die er een jachtstation voor de walvischvangst hebben opgericht. Sedert eenigen tijd worden onze honden magerder, waarschijnlijk doordat hun voeding niet de noodige hoeveelheid vet bevat, en nu zal op Kerguelen de plek waar de walvisschen worden uitgesneden, ons zooveel vet bezorgen als we begeeren. En ook, ofschoon de voorraad water voldoende is, als we zuinig zijn, zou ik toch liever de vaten vullen. Ook hoopte ik, nog drie of vier man te kunnen aanwerven. Als de landingsdivisie aan land is gezet, zal de bemanning uit niet meer personen bestaan dan tien man, een klein getal, om het schip uit het pakijs te brengen en het vervolgens naar Buenos Aires te voeren om kaap Hoorn. Ook zal een ontscheping een prettige afwisseling zijn in de eentonigheid van ons leven. Door een zeer kouden westenwind gedreven, komen we het eiland snel nader. In die dagen was de elken dag afgelegde afstand gemiddeld 150 mijlen; een enkele maal bereikte ze zelfs 174 mijlen, een mooie snelheid voor een schip, dat zwaar is geladen en een onvoldoenden voorraad zeilen heeft.

In den namiddag van den 28sten November komt het eiland, dat kaap Bligh wordt genoemd en dat eenige mijlen ten noorden van Kerguelen ligt, in zicht. Het was geen bijzonder helder weêr en daar we deze streken niet kennen, blijven we in den nacht voor anker. Den volgenden morgen, toen het licht was, konden we waarnemingen doen. We gaan naar de Royal Sound, waar de bedoelde inrichting moet wezen. In de morgenkoelte zouden we de laatste kaap juist omvaren, toen plotseling een windvlaag ons aangreep, en tegelijk verdwijnt die ongastvrije kust achter een dik gordijn van regen. Dus blijft ons niet anders over dan weer voor anker te gaan liggen, voor wie weet hoe lang, of verder te varen. Zonder aarzeling besluiten we tot het laatste. Zeker, het zou prettig geweest zijn, landgenooten te treffen, maar het was nog veel nuttiger, snel verder te komen op den weg naar de Barrière, waarvan 4000 mijlen ons nog scheiden. De toekomst bewees, dat we gelijk hadden gehad met zoo te handelen.

December bracht gunstige winden, nog kouder dan die, welke in November hebben gewaaid. In het midden van de maand zijn we reeds halfweg tusschen Kerguelen en onze bestemming.

Wij zijn allen volmaakt gezond, en hoe meer we het doel naderen, des te beter wordt onze stemming. Aan de uitstekende hoedanigheid van onze levensmiddelen moet die goede gezondheid worden toegeschreven op deze lange reis. Nadat we van Noorwegen tot Madera een weelderige tafel hadden gehad, voornamelijk in stand gehouden door jonge varkentjes, die we hadden ingescheept, moesten we tot ingemaakte voedingsmiddelen overgaan. De verandering leek niet onaangenaam door de verscheidenheid van onzen voorraad. Er waren aan boord twee tafels, maar ze hadden beide hetzelfde menu. Het ontbijt, dat om Bladzijde 112acht uur plaats heeft, bestond uit warm brood, confituren, oranjemarmelade of kaas, en koffie of chocolade. Het middagmaal bestond uit een vleeschgerecht en een toespijs. Om water uit te sparen kregen we enkel des Zondags soep. Gedroogde californische vruchten vormden ons dessert. Zoo vaak mogelijk en in groote hoeveelheid vruchten eten en groenten en confituren, is het beste middel tegen ziekte. Aan den maaltijd was water onze drank of vruchtenstroop; elken Woensdag en elken Zondag werd er een borrel gedronken. Bij ervaring ken ik de wonderdadige uitwerking van een kop warme koffie, als men gewekt wordt midden in den nacht, om de wacht te betrekken. Een slok is voldoende, om iemand op streek te brengen, en zoo was dan ook de koffie voor de lui van de wacht een vaste instelling.


Menschen en dieren leven op den besten voet.

Назад Дальше