De Magische Fabriek - Морган Райс 6 стр.


Toen, alsof ze in zijn oor fluisterde, hoorde hij de stem van de vrouw zeggen, “Je zult de mensheid redden.”

Olivers ogen gingen open. Hij lag weer in zijn bed in de alkoof, badend in het doffe, blauwe licht dat door het raam naar binnen viel. Het was ochtend. Hij voelde zijn hart hevig tekeergaan.

De droom had hem diep geraakt. Wat bedoelden ze met dat hij een lotsbestemming had? Met het redden van de mensheid? En wie waren ze eigenlijk? Verzinsels van zijn verbeelding, of iets anders? Het was allemaal te veel om te bevatten.

Naarmate de initiële schok van de droom begon te vervagen, voelde Oliver iets anders de overhand krijgen. Hoop. Ergens, diep vanbinnen, had hij het gevoel dat dit een belangrijke dag zou zijn en dat alles zou veranderen.

HOOFDSTUK VIER

Olivers goede humeur werd nog beter toen hij zich realiseerde dat zijn eerste les van de dag natuurkunde was. Dat betekende dat hij juffrouw Belfry weer zou zien. Zelfs toen hij de speelplaats overstak en basketballen ontweek waarvan hij vermoedde dat ze op zijn hoofd waren gemikt, voelde Oliver zich steeds vrolijker.

Hij bereikte de trap en gaf zich over aan de drukte terwijl de leerlingen hem als een surfer naar de derde verdieping tilden. Toen baande hij zich een weg naar de overloop en liep hij richting het klaslokaal.

Hij was er als eerste. Juffrouw Belfry was al binnen, gekleed in een grijze linnen jurk. Ze was bezig om een rij kleine modellen op haar bureau neer te zetten. Oliver zag een kleine tweedekker, een heteluchtballon, een ruimteraket en een modern vliegtuig.

“Gaat de les van vandaag over de luchtvaart?” vroeg hij.

Juffrouw Belfry schrok even; ze had duidelijk niet doorgehad dat een van haar leerlingen binnen was gekomen.

“Oh, Oliver,” zei ze stralend. “Goedemorgen. Ja, inderdaad. Ik heb het vermoeden dat jij wel het een en ander weet over dit soort uitvindingen.”

Oliver knikte. Zijn uitvindersboek bevatte een heel hoofdstuk over de luchtvaart, van de eerste ballonnen van de Franse gebroeders Montgolfier en het eerste vliegtuig ontwerp van de gebroeders Wright, tot aan ruimtevaarttechniek. Net als de rest van het boek had hij dit hoofdstuk zo vaak gelezen dat hij het meeste uit zijn hoofd wist.

Juffrouw Belfry glimlachte, alsof ze al had geraden dat Oliver een bron van kennis zou zijn over dit specifieke onderwerp.

“Je moet me misschien helpen om de fysica aan de anderen uit te leggen,” zei ze tegen hem.

Oliver ging blozend zitten. Hij haatte het om in het bijzijn van zijn klasgenoten te spreken, vooral omdat ze al vermoedden dat hij een nerd was. Het bevestigen van hun vermoedens voelde alsof hij meer liet zien dan hij wilde. Maar juffrouw Belfry had iets geruststellend. Alsof ze vond dat Olivers kennis iets was om trots op te zijn, in plaats van te bespotten.

Oliver koos een plekje voorin de klas. Als hij dan toch gedwongen werd om hardop te spreken, had hij liever niet dertig paar ogen die hem over hun schouders aanstaarden. Op deze manier zou hij zich in elk geval alleen bewust zijn van de vier andere leerlingen op de voorste rij.

Op dat moment begonnen Olivers klasgenoten naar binnen te stromen. Het werd luidruchtig in de klas. Oliver had nooit begrepen hoe het kon dat anderen zoveel te bespreken hadden. Hoewel hij eindeloos kon praten over uitvinders en uitvindingen, had hij niet de drang om over veel andere dingen te kletsen. Het verbijsterde hem altijd hoe makkelijk andere mensen met elkaar converseerden en hoeveel woorden ze verspilden aan onderwerpen die voor hem heel onbelangrijk leken.

Juffrouw Belfry begon met de les en zwaaide met haar handen in een poging iedereen stil te krijgen. Oliver had medelijden met haar. Het leek altijd een gevecht om de leerlingen zover te krijgen dat ze luisterden. En zij was zo lief en zachtaardig dat ze nooit haar stem verhief of schreeuwde, dus het kostte veel tijd om iedereen stil te krijgen. Maar uiteindelijk hield het geklets op.

“Vandaag, leerlingen,” begon juffrouw Belfry, “heb ik een probleem dat opgelost moet worden.” Ze hield een ijsstokje omhoog. “Ik vraag me af of iemand mij kan vertellen hoe ik dit kan laten vliegen.”

Er ging geroezemoes door de klas.

“Gewoon gooien!” riep iemand.

Juffrouw Belfry deed wat er werd voorgesteld. Het ijsstokje kwam zo’n zestig centimeter voor haar voeten op de grond terecht.

“Hmm, ik weet niet wat jullie ervan vinden,” zei juffrouw Belfry, “maar wat mij betreft zag dat er meer uit als vallen. Ik wil dat het vlíégt. Dat het door de lucht zeilt, in plaats van dat het op de grond valt.”

Paul, de jongen die Oliver tijdens de laatste les had getreiterd, riep de volgende suggestie. “Waarom schiet u het niet weg met een elastiekje? Zoals een katapult.”

“Dat is een goed idee,” zei juffrouw Belfry met een knikje. “Maar er is iets dat ik jullie nog niet verteld heb. Dit stokje is in werkelijkheid drie meter lang.”

“Maak dan een drie meter brede katapult!” riep iemand.

“Of zet er raketwerpers op!” viel een ander bij.

De klas begon te lachen. Oliver verschoof in zijn stoel. Hij wist precies hoe hij het ijsstokje kon laten vliegen. Het kwam allemaal neer op fysica.

Juffrouw Belfry slaagde erin om de klas weer te bedaren.

“Dit was precies het probleem waar de gebroeders Wright mee geconfronteerd werden toen ze het eerste vliegtuig probeerden te maken. Hoe ze de vlucht van een vogel na konden bootsen. Hoe ze dit” – ze draaide het stokje horizontaal – “konden veranderen in vleugels waarmee ze in de lucht konden blijven. Weet iemand hoe ze dat hebben gedaan?”

Haar blik ging onmiddellijk naar Oliver. Hij slikte. Hoe erg hij het ook vond om hardop te praten, eigenlijk wilde hij wanhopig graag aan juffrouw Belfry bewijzen hoe slim hij was.

“U moet opwaartse druk creëren,” zei hij zachtjes.

“Wat zei je?” zei juffrouw Belfry, hoewel Oliver wist dat ze hem prima had verstaan.

Voorzichtig sprak hij iets luider. “U moet opwaartse druk creëren.”

Hij had zijn zin nog niet afgemaakt of Oliver voelde zijn wangen al rood worden. Hij voelde de verandering in de klas, de spanning van de andere leerlingen. Die dertig paar ogen die hij had willen ontwijken? Oliver voelde ze praktisch in zijn rug branden.

“En wat is opwaartse druk?” vervolgde juffrouw Belfry.

Oliver bevochtigde zijn droge lippen en slikte zijn angst door. “Opwaartse druk is het tegenovergestelde van zwaartekracht. Zwaartekracht trekt objecten altijd naar het midden van de aarde. Opwaartse druk is de kracht die dit tegenwerkt.”

Achter zich hoorde hij Paul spottend fluisteren. “Opwaartse druk is de kracht die dit tegenwerkt.”

Er ging een golf van gelach door de klas. Oliver voelde zijn spieren zich defensief spannen.

Juffrouw Belfry had blijkbaar niets door.

“Hmm,” zei ze, alsof dit allemaal nieuw voor haar was. “Dat klinkt ingewikkeld. De zwaartekracht tegengaan? Is dat niet onmogelijk?”

Oliver schoof ongemakkelijk heen en weer in zijn stoel. Hij wilde echt niets meer zeggen, als dat gefluister maar ophield. Maar het was duidelijk dat niemand anders het antwoord wist en juffrouw Belfry keek hem aan met haar glinsterende, bemoedigende ogen.

“Helemaal niet,” antwoordde Oliver, die eindelijk toehapte. “Om opwaartse druk te creëren moet je alleen veranderen hoe snel de lucht om iets heen stroomt, wat kan door simpelweg de vorm van het object te veranderen. Dus met uw ijsstokje heeft u alleen een soort kam aan de bovenkant nodig. Dat betekent dat wanneer het stokje voorwaarts beweegt, de lucht die erboven en eronder door stroomt anders gevormde paden heeft. Aan de bovenkant is het pad gebogen, terwijl het onder de vleugel vlak en onverstoord is.”

Oliver was klaar en drukte onmiddellijk zijn lippen op elkaar. Hij had niet alleen haar vraag beantwoord, hij had een uitgebreide uitleg gegeven. Hij had zich laten meeslepen in zijn enthousiasme en nu zou hij er genadeloos om bespot worden. Hij zette zich schrap.

“Kun je dat voor ons tekenen?” vroeg juffrouw Belfry.

Ze wilde Oliver een krijtje geven. Hij staarde er met grote ogen naar. Praten was één ding, maar als een doelwit voor de klas staan was iets heel anders!

“Liever niet,” mompelde hij.

Toen zag hij het begrip in juffrouw Belfry’s ogen. Ze moest beseft hebben dat ze hem tot het randje van zijn persoonlijke grenzen had geduwd, eroverheen zelfs, en dat ze hem nu iets onmogelijks vroeg.

“Bij nader inzien,” zei ze, terwijl ze een stap naar achteren deed, “misschien wil iemand anders proberen om te tekenen wat Oliver net uitlegde?”

Samantha, een van de brutale leerlingen die dol was op aandacht, sprong op en griste het krijtje uit juffrouw Belfry’s hand. Samen liepen ze naar het bord en juffrouw Belfry hielp Samantha om een diagram te tekenen van wat Oliver beschreven had.

Maar zodra juffrouw Belfry met haar rug naar de klas stond, voelde Oliver iets tegen de achterkant van zijn hoofd. Hij draaide zich om en zag een propje papier bij zijn voeten liggen. Hij bukte zich en raapte het op. Maar hij wilde het niet openmaken, want hij wist dat het een wreed briefje was.

“Hé…” siste Paul. “Negeer me niet. Lees dat briefje!”

Gespannen streek Oliver de prop papier glad op zijn bureau. Geschreven in een afschuwelijk slecht handschrift stond er Weet je wat er nog meer kan vliegen?

Op dat moment voelde hij nog iets tegen zijn hoofd. Nog een propje. Die werd gevolgd nog een propje, toen nog één en nog één.

“HEE!” riep Oliver, die opsprong en zich kwaad omdraaide.

Ook juffrouw Belfry draaide zich om. Fronsend keek ze naar de klas.

“Wat is er aan de hand?” wilde ze weten.

“We proberen alleen dingen te vinden die kunnen vliegen,” zei Paul onschuldig. “Eentje moet Oliver per ongeluk geraakt hebben.”

Juffrouw Belfry keek sceptisch. “Oliver?” vroeg ze terwijl ze hem aankeek.

Oliver ging weer in zijn stoel zitten. “Het is waar,” mompelde hij.

Inmiddels had de onstuimige Samantha haar diagram klaar en kon juffrouw Belfry haar aandacht weer op de klas vestigen. Ze wees naar het bord, waarop nu een diagram van een vleugel was gerekend, niet recht maar gebogen zoals een zijwaarts uitgerekte druppel. Twee stippellijnen gaven de paden aan van de lucht die boven en onder de vleugel passeerde. De luchtstroom die over de gebogen vleugel heen ging zag er anders uit vergeleken met de luchtstroom die eronder door ging.

“Zoiets?” zei juffrouw Belfry. “Maar ik begrijp nog steeds niet hoe dat opwaartse druk produceert.”

Oliver wist maar al te goed dat juffrouw Belfry het wel wist, maar nu hij net met propjes papier was bekogeld wilde hij liever niets meer zeggen.

Toen realiseerde hij zich iets. Het maakte niet uit wat hij deed, het pesten zou toch niet ophouden. Hij kon daar zwijgend blijven zitten en gepest worden omdat hij niets deed, of hij kon zijn mond opentrekken en gepest worden vanwege zijn intelligentie. Toen besefte hij aan welke keuze hij de voorkeur gaf.

“Omdat als de lucht op die manier verschillende paden volgt, er een neerwaartse druk wordt gecreëerd,” legde hij uit. “En als we Isaac Newtons derde wet van beweging nemen – dat elke actie een gelijke of tegengestelde reactie produceert – kun je zien hoe de resulterende reactie op die druk, naar de neerwaartse druk, is dat de lucht die onder de vleugel doorgaat de opwaartse druk creëert.”

Hij deed zijn armen over elkaar en leunde achterover in zijn stoel.

Juffrouw Belfry keek triomfantelijk. “Dat is helemaal goed, Oliver.”

Ze wendde zich weer tot het bord en tekende pijlen. Oliver voelde een propje papier tegen zijn hoofd komen, maar deze keer reageerde hij niet eens. Het kon hem niet meer schelen wat zijn klasgenoten van hem vonden. Ze waren waarschijnlijk gewoon jaloers dat hij hersens had en coole dingen wist over Isaac Newtons wetten, terwijl zij alleen maar propjes papier naar anderen konden gooien.

Hij bleef met zijn armen over elkaar zitten, negeerde de propjes papier die tegen zijn hoofd aan gegooid werden en concentreerde zich op juffrouw Belfry’s tekening. Ze tekende een pijl die naar beneden wees. Daarnaast schreef ze neerwaartse druk. Naast de pijl die omhoog wees, schreef ze opwaartse druk.

“Hoe zit het dan met heteluchtballonnen?” vroeg een stem van achteruit de klas. “Die werken helemaal niet zo, maar ze vliegen wel.”

Oliver draaide zich om in zijn stoel om naar de eigenaar van de stem te zoeken. Het was een chagrijnig uitziend kind – donkere, borstelige wenkbrauwen, een kuiltje in zijn kin – die samen met Paul propjes had gegooid.

“Nou, daar gaat het om een compleet andere wet,” legde Oliver uit. “Dat werkt omdat hete lucht opstijgt. De gebroeders Montgolfier, die de luchtballon hebben uitgevonden, beseften dat als je de lucht in een soort envelop vangt, zoals een ballon, die opstijgt vanwege de lagere dichtheid van de hete lucht erin, vergeleken met de koude lucht erbuiten.”

Olivers uitleg deed de jongen alleen maar bozer kijken. “En raketten dan?” daagde hij hem verder uit. “Die zijn niet opstijgend zoals jij net zei. Maar ze gaan wel omhoog. En ze vliegen. Hoe werkt dat dan, slimmerik?”

Oliver glimlachte alleen maar. “Dat komt weer neer op Isaac Newtons derde bewegingswet. Alleen hierbij gaat het om stuwkracht, niet om opwaartse druk. Stuwkracht is dezelfde kracht die een stoomtrein laat bewegen. Een grote ontploffing aan een uiteinde produceert een tegengestelde reactie van stuwkracht. Alleen een raket moet de ruimte in, dus de explosie moet echt groot zijn.”

Oliver voelde dat hij opgewonden werd terwijl hij hierover praatte. Het kon hem niet eens schelen dat alle leerlingen hem aanstaarden alsof hij een freak was.

Hij draaide zich weer naar voren. Daar stond juffrouw Belfry met een trotse glimlach op haar gezicht.

“En weet je wat al deze uitvinders gemeen hadden?” zei ze. “De Montgolfiers en de Wrights en Robert Goddard, die de eerste door vloeibare brandstof aangedreven raket lanceerde? Dat zal ik je vertellen. Ze deden dingen waarvan iedereen had gezegd dat het onmogelijk was! Hun uitvindingen waren gestoord. Stel je voor dat iemand zei dat we de principes van eeuwenoude Chinese katapulten konden gebruiken om iemand de ruimte in te lanceren! En toch werden ze baanbrekende uitvinders wiens uitvindingen de wereld hebben veranderd en het hele traject van de mensheid!”

Oliver wist dat ze het tegen hem had, dat ze hem wilde laten weten dat ongeacht wat mensen deden of zeiden, hij zich nooit moest laten intimideren.

Toen gebeurde er iets opmerkelijks. In reactie op juffrouw Belfry’s passie en enthousiasme, viel er een verbijsterde stilte in de klas. Het was niet de gespannen stilte voor een aanval, maar de nederige stilte van leerlingen die iets geleerd hadden dat hen inspireerde.

Oliver kreeg een heerlijk gevoel in zijn buik. Juffrouw Belfry was echt de beste lerares. Zij was de enige die iets had laten zien dat in de buurt kwam bij de opwinding die hij voelde voor natuurkunde en wetenschap en uitvinders. Haar enthousiasme had zelfs zijn rumoerige klasgenoten tot bedaren gebracht, al was het dan maar voor even.

Op dat moment deed een enorme windvlaag de ramen klapperen. Iedereen sprong op en keek naar de grijze lucht.

“Het ziet ernaar uit dat de storm komt opzetten,” zei juffrouw Belfry.

Назад Дальше