In de gaten - Блейк Пирс 2 стр.


Gebeurde dat ook bij hem? Ze merkte dat hij een paar keer plotseling wegkeek.

Tijdens een pauze in het gesprek, dronk Ryan zijn biertje op en zei toen: ‘Luister, het spijt me dat ik ineens weg moet, maar ik heb in de ochtend een les en ik moet nog wat studeren.’

Riley was bijna met stomheid geslagen.

Ging hij haar niet versieren?

Nee, dacht ze. Daar heeft hij teveel klasse voor.

Niet dat hij geen interesse in haar had; ze was er zeker van dat hij dat wel had.

Maar hij wist beter dan bij haar te hard van stapel te lopen.

Indrukwekkend, dacht ze.

Ze slaagde erin om te antwoorden: ‘Ja, ik ook.’

Hij glimlachte een oprecht ogende lach.

‘Het was leuk je te ontmoeten, Riley Sweeney.’

Riley glimlachte terug.

‘Het was ook leuk om jou te ontmoeten, Ryan Paige.’

Ryan grinnikte en zei: ‘Aw, je weet het nog.’

Zonder nog een woord te zeggen, stond hij op en vertrok.

Riley’s hoofd was helemaal in de war van wat er niet was gebeurd. Ze hadden geen telefoonnummers uitgewisseld, ze had niet gezegd in welk studentenhuis ze zat en ze had nog steeds geen idee waar hij woonde. En hij had haar niet eens op een echte toekomstig date gevraagd.

Het was niet, omdat hij niet verwachtte dat er een echte date zou zijn, daar was ze zeker van.

Nee, hij was gewoon zelfverzekerd. Hij was er zeker van dat hun wegen snel weer zouden kruisen en hij verwachtte dat de chemie zijn werk zou doen.

En Riley geloofde voor meer dan de helft dat hij gelijk had.

Op dat moment hoorde ze Trudy’s stem roepen.

‘Hé, Riley! Wie was die knappe vent?’

Riley draaide zich om en zag Trudy de trap afkomen, met een volle kan bier in de ene hand en een glas in de andere. Drie andere meisjes uit hun studentenhuis liepen achter haar aan. Ze zagen er allemaal behoorlijk dronken uit.

Riley gaf geen antwoord op Trudy’s vraag. Ze hoopte alleen dat Ryan nu buiten gehoorsafstand was.

Toen de meisjes de tafel naderden, vroeg Riley...

‘Waar is Rhea?’

Trudy keek om zich heen.

‘Ik weet niet,’ zei ze met een onduidelijke stem. ‘Waar ís Rhea?’

Een van de andere meisjes zei: ‘Rhea is terug naar de campus gegaan.’

‘Wat!’ zei Trudy. ‘Ze is weggegaan en heeft niks tegen me gezegd?’

‘Ze heeft het tegen je gezegd,’ zei een ander meisje.

De meisjes stonden op het punt om bij Riley in het zithoekje te klimmen. In plaats van ingesloten te raken, stond Riley van haar stoel op.

‘We zouden allemaal naar huis moeten gaan,’ zei ze.

Met een stortvloed van protesten gingen de meisjes giechelend zitten en zich blijkbaar settelen voor een lange nacht.

Riley gaf het op. Ze liep naar boven en de voordeur uit. Buiten ademde ze diep de koele, frisse lucht in. Het was maart en soms was het hier ‘s nachts koud in de Shenandoah-vallei van Virginia, maar na de benauwde, met rook gevulde bar was de kilte welkom.

Het was terug naar de campus en haar studentenhuis een korte, goed verlichte wandeling. Ze had het gevoel dat de avond behoorlijk goed was verlopen. Ze had maar een glas wijn gedronken, net genoeg om te ontspannen en er was ook die man geweest...

Ryan Paige.

Ze glimlachte.

Nee, ze was zijn naam niet vergeten.

*

Riley sliep diep en droomloos toen iets haar wakker schudde.

Wat? vroeg ze zich af.

Eerst dacht ze dat misschien iemand aan haar schouder had geschud.

Maar nee, dat was het niet.

Terwijl ze in de duisternis van haar studentenkamer staarde, hoorde ze het geluid weer.

Een kreet.

Een stem vol van angst.

Riley wist dat er iets vreselijks was gebeurd.

HOOFDSTUK TWEE

Riley was uit bed en op haar voeten voordat ze volledig wakker was.

Dat geluid was verschrikkelijk.

Wat was het?

Toen ze het licht naast haar bed aan deed, bromde een vertrouwde stem vanaf de andere kant van de kamer: ‘Riley, wat is er aan de hand?’

Trudy lag volledig gekleed in haar eigen bed en beschermde haar ogen tegen het licht. Ze was daar duidelijk in een vrij dronken toestand neergestort.

Riley had door de binnenkomst van haar kamergenoot heen geslapen.

Maar nu was ze wakker.

Net als anderen in het studentenhuis. Ze kon vanuit de nabijgelegen kamers gealarmeerde stemmen horen roepen.

Riley kwam in beweging, duwde haar voeten in een paar slippers, trok haar badjas aan en opende de kamerdeur. Ze stapte de gang in.

Andere kamerdeuren zwaaiden open. Meisjes staken hun hoofd naar buiten en vroegen wat er aan de hand was.

En Riley zag tenminste één ding dat niet goed was. Ongeveer halverwege de gang zat een meisje op haar knieën te huilen.

Riley rende naar haar toe.

Heather Glover, besefte ze.

Heather was met hen mee geweest naar de Centaur’s Den. Ze was daar nog met Trudy en de anderen toen Riley vertrok.

Nu wist Riley het, het was Heather geweest die ze had horen schreeuwen.

Ze herinnerde zich ook...

Heather is de kamergenoot van Rhea!

Riley bereikte het snikkende meisje en hurkte naast haar neer.

‘Wat is er aan de hand?’ vroeg ze. ‘Heather, wat is er gebeurd?’

Snikkend en zich verstikkend wees Heather naar de open deur naast haar.

Naar adem happend slaagde ze erin om te zeggen...

‘Het is Rhea. Ze is…’

Heather gaf plotseling over.

Riley ontweek de golf van braaksel, stond op en tuurde langs de kamerdeur naar binnen. In het licht dat vanuit de gang naar binnen scheen, kon ze iets verspreid op de vloer zien liggen, een donkere vloeistof. Eerst dacht ze dat het wat gemorste frisdrank was.

Toen huiverde ze...

Bloed.

Ze had op deze manier eerder een plas bloed gezien. Er was geen twijfel dat het iets anders kon zijn.

Ze stapte door de deuropening en zag Rhea languit op haar eenpersoonsbed liggen, volledig gekleed en met haar ogen wijd open.

‘Rhea?’ zei Riley.

Ze ging iets dichterbij kijken. Toen kokhalsde ze.

Rhea’s keel was bijna van oor tot oor doorgesneden.

Rhea was dood, dat wist Riley zeker.

Het was niet de eerste vermoorde vrouw die ze in haar leven had gezien.

Toen hoorde Riley nog een schreeuw. Even vroeg ze zich af of de schreeuw van haar zelf kwam.

Maar nee, het kwam van vlak achter haar.

Riley draaide zich om en daar in de deuropening stond Gina Formaro. Ze was die avond ook in de Centaur’s Den aan het feesten geweest. Nu puilden haar ogen uit en trilde ze over haar hele lijf, bleek van shock.

Riley realiseerde zich dat ze zichzelf opmerkelijk rustig voelde, helemaal niet bang. Ze wist ook dat ze waarschijnlijk de enige studente op de hele verdieping was die nog niet in paniek was.

Het was aan haar om ervoor te zorgen dat de dingen niet erger werden.

Riley nam Gina voorzichtig bij de arm en leidde haar de deur uit. Heather zat nog steeds op de grond waar ze over had gegeven, nog steeds snikkend. En andere dwalende studenten begonnen hun weg naar de kamer te vinden.

Riley trok de kamerdeur dicht en ging ervoor staan.

‘Blijf daar!’ riep ze naar de naderende meisjes. ‘Blijf uit de buurt!’

Riley was verrast over de kracht en autoriteit in haar eigen stem.

De meisjes gehoorzaamden en vormden een volle halve cirkel om de slaapkamer.

Riley schreeuwde opnieuw: ‘Bel het alarmnummer!’

‘Waarom?’ vroeg een van de meisjes.

Heather Glover zat nog steeds gehurkt op de vloer met een plas van braaksel voor haar en wist krakend uit te brengen...

‘Het is Rhea. Ze is vermoord.’

Plots explodeerde er een wilde mix van meisjesstemmen in de gang; sommige stonden te gillen, sommige snakten naar adem en anderen begonnen te huilen. Enkele meisjes duwden zich weer richting de kamer.

‘Blijf daar!’ zei Riley weer, nog steeds de deur blokkerend. ‘Bel het alarmnummer!’

Een van de meisjes die een mobieltje bezat, droeg het bij zich in haar hand. Ze belde het nummer.

Riley stond daar en vroeg zich af...

Wat moet ik nu doen?

Ze wist maar één ding zeker. Ze kon geen van de meisjes de kamer met het lichaam in laten gaan. Er was op de etage al genoeg paniek. Het zou alleen maar erger worden als meer mensen zouden zien wat zich in die kamer bevond.

Ze was er ook zeker van dat niemand rond zou mogen lopen in...

In wat?

Een plaats delict, realiseerde ze zich. Die kamer was een plaats delict.

Ze herinnerde zich, ze wist zeker dat het uit films of tv-shows moest komen, dat de politie zou willen dat de plaats delict zo onaangeroerd mogelijk bleef.

Het enige wat ze kon doen was wachten en iedereen buiten houden.

En tot nu toe was ze succesvol. De halve cirkel van studenten begon uit elkaar te vallen en meisjes liepen in kleinere groepen weg, verdwenen in kamers of vormden kleine clusters in de gang om hun afgrijzen te delen. Er werd nu veel gehuild en er was wat laag, dierlijk gejammer te horen. Er kwamen nog een paar mobiele telefoons tevoorschijn, degenen die er een hadden waren hun ouders of vrienden aan het bellen om hun versie van het drama te vertellen.

Riley dacht dat dat waarschijnlijk geen goed idee was, maar ze kon ze onmogelijk stoppen. Ze bleven tenminste weg bij de deur die ze bewaakte.

En nu begon ze haar eigen afschuw te voelen.

Beelden uit haar vroege jeugd overspoelden Riley’s hersenen...

Riley en mama waren in een snoepwinkel en wat verwende mama Riley!

Ze kocht heel veel snoep voor haar.

Ze lachten allebei en waren blij tot...

Een man op hen af kwam. Hij had een raar gezicht, plat en karakterloos, als iets uit een van Riley’s nachtmerries. Het duurde even voordat Riley besefte dat hij een nylonkous over zijn hoofd droeg, het soort dat mama over haar benen droeg.

En hij hield een pistool vast.

Hij begon tegen mama te schreeuwen...

‘Je tas! Geef me je tas!’

Zijn stem klonk net zo bang als dat Riley zich voelde.

Riley keek op naar mama en verwachtte dat ze zou doen wat de man zei.

Maar mama was bleek geworden en stond te beven. Ze leek niet te begrijpen wat er aan de hand was.

‘Geef me je tas!’ schreeuwde de man weer.

Mama stond daar maar met haar tas in haar handen geklemd.

Riley wilde tegen mama zeggen...

‘Doe wat de man zegt, mama. Geef hem je tas.’

Maar om de een of andere reden kwamen er geen woorden uit haar mond.

Mama wankelde een beetje, alsof ze wilde gaan rennen, maar haar benen niet in beweging kon krijgen.

Toen was er een flits en een luid, vreselijk geluid...

... en mama viel op de grond en landde op haar zij.

Er spoot dieprood uit haar borst en de kleur doorweekte haar blouse en spreidde zich uit in een plas op de vloer...

Riley werd door het geluid van naderende sirenes terug naar het heden getrokken. De plaatselijke politie arriveerde.

Ze voelde opluchting dat de autoriteiten er waren en het over konden nemen... wat het ook was dat er gedaan moest worden.

Ze zag dat jongens die op de tweede verdieping woonden naar beneden kwamen en de meisjes vroegen wat er aan de hand was. Ze bevonden zich ook in verschillende stadia van aankleden; shirts en jeans, pyjama’s en badjassen.

Harry Rampling, de football speler die Riley bij het café benaderd had, begaf zich naar de plek waar ze tegen de gesloten deur stond. Hij duwde zich langs de meisjes die daar nog steeds rondhingen en staarde haar even aan.

‘Wat denk je dat jé aan het doen bent?’ snauwde hij.

Riley zei niets. Ze zag het nut er niet van om het uit te leggen. Niet met de politie die nu elk moment zou verschijnen.

Harry grijnsde een beetje en deed een dreigende stap in de richting van Riley. Er was hem duidelijk over het dode meisje in de kamer verteld.

‘Ga uit de weg,’ zei hij. ‘Ik wil het zien.’

Riley stond nog standvastiger dan eerst.

‘Je kunt daar niet naar binnen,’ zei ze.

Harry zei: ‘Waarom niet, kleine meid?’

Riley’s ogen schoten vuur, maar vroeg ze zich af...

Wat denk ik in godsnaam dat ik aan het doen ben?

Dacht ze echt dat ze kon voorkomen dat een mannelijke atleet daar naar binnen kon gaan als hij besloot om dat wel te doen?

Vreemd genoeg had ze het gevoel dat ze dat waarschijnlijk wel kon.

Als het zover kwam dan zou ze zich zeker zwaar verzetten.

Gelukkig hoorde ze het gekletter van voetstappen de hal binnenkomen, en vervolgens een mannenstem roepen...

‘Ophouden! Laat ons erdoor.’

De groep studenten is uit elkaar.’

Iemand zei: ‘Daarheen’ en drie geüniformeerde agenten begaven zich naar Riley.

Ze herkende ze allemaal. Het waren in Lanton bekende gezichten. Twee van hen waren mannen, agenten Steele en White. De andere was een vrouw, agent Frisbie. Een aantal mensen van de campuspolitie liepen ook mee.

Steele had overgewicht en zijn roodachtige gezicht deed Riley vermoeden dat hij te veel dronk. White was een lange kerel die constant slungelend liep en wiens mond altijd open leek te hangen. Riley vond niet dat hij bijzonder slim leek. Agent Frisbie was een lange, stevige vrouw waarvan Riley altijd dacht dat ze vriendelijk en goedaardig was.

‘We hebben een telefoontje gekregen,’ zei agent Steele. Hij snoof naar Riley. ‘Wat is hier in vredesnaam aan de hand?’

Riley stapte weg van de deur en wees ernaar.

‘Het is Rhea Thorson,’ zei Riley. ‘Ze is…’

Riley ontdekte dat ze de zin niet af kon maken. Ze probeerde nog steeds te beseffen dat Rhea dood was.

Ze stapte gewoon opzij.

Agent Steele opende de deur en sloop langs haar de kamer in.

Toen kwam er een luide zucht toen hij...

‘Oh mijn God!’ riep.

Agenten Frisbie en White haastten zich naar binnen.

Toen verscheen Steele opnieuw en riep naar de toeschouwers: ‘Ik moet weten wat er is gebeurd. Nu.’

Er was een algemeen gemompel van gealarmeerde verwarring.

Toen vuurde Steele een aantal vragen af. ‘Wat weet je hiervan? Was dit meisje de hele avond in haar kamer? Wie was er nog meer?’

Er volgde meer verwarring, met een aantal meisjes die zeiden dat Rhea de campus niet verlaten had, anderen zeiden dat ze naar de bibliotheek was geweest, anderen dat ze op een date was geweest en natuurlijk een paar die zeiden dat ze uit drinken was gegaan. Niemand had hier iemand anders gezien. Niet totdat ze Heather hoorden schreeuwen.

Riley haalde diep adem en maakte zich klaar om de anderen tot stilte te roepen en te vertellen wat ze wist. Maar voordat ze iets kon zeggen, wees Harry Rampling naar Riley en zei...

‘Dit meisje gedraagt zich raar. Ze stond daar toen ik hier aankwam. Alsof ze misschien uit die deur kwam.’

Steele stapte in de richting van Riley en gromde...

‘Klopt dat? Je hebt wat uit te leggen. Begin maar met praten.’

Het leek alsof hij zijn handboeien ging pakken. Voor het eerst begon Riley een vleugje paniek te voelen.

Gaat deze gast me arresteren? vroeg ze zich af.

Ze had geen idee wat er zou gebeuren als hij dat deed.

Maar de vrouwelijke agent zei scherp tegen agent Steele: ‘Laat haar met rust, Nat. Zie je niet wat ze aan het doen was? Ze bewaakte de kamer en zorgde ervoor dat er niemand anders naar binnen ging. We moeten haar bedanken dat de plaats delict niet hopeloos is aangetast.’

Agent Steele deinsde achteruit en zag er verontwaardigd uit.

De vrouw riep naar de toeschouwers: ‘Ik wil dat iedereen precies blijft waar die nu is. Niemand beweegt, horen jullie me? En beperk het praten tot een minimum.’

Er kwam instemmend geknik en gemompel van de groep.

Toen greep de vrouw Riley bij de arm en begon haar van de anderen weg te leiden.

‘Kom met me mee,’ fluisterde ze scherp tegen Riley. ‘Jij en ik gaan even praten.’

Riley slikte angstig, terwijl agent Frisbie haar wegleidde.

Zit ik echt in de problemen? vroeg ze zich af.

HOOFDSTUK DRIE

Agent Frisbie hield de hele weg door de gang Riley’s arm stevig vast. Ze gingen door een paar dubbele deuren en kwamen onderaan de trap terecht. Eindelijk liet de vrouw haar los.

Riley wreef over haar arm waar het een beetje pijn deed.

Agent Frisbie zei: ‘Sorry dat ik daar wat ruw deed. We hebben nogal haast. Allereerst, hoe heet je?’

‘Riley Sweeney.’

‘Ik heb je in de stad gezien. In welk jaar zit je op de universiteit?’

Назад Дальше