“Wat lust je?” vroeg Emily. “Ik kan pannenkoeken maken, toast, eieren. Of heb je liever cornflakes?”
Chantelle’s ogen werden groot van verbazing en Emily realiseerde zich met een pijnscheut dat ze waarschijnlijk nooit eerder had mogen kiezen. Misschien had ze niet eens ontbijt gekregen.
“Ik heb wel trek in pannenkoeken,” zei Emily. “En jij, Chantelle?”
“Pannenkoeken,” zei ze.
“Hé, weet je wat?” voegde Emily toe. “We kunnen naar het grote huis toe en daar ontbijten. Ik heb nog bosbessen in de koelkast, kan ik die in de pannenkoeken doen. Wat vind je ervan, Chantelle? Wil je het grote huis zien?”
Ditmaal knikte Chantelle enthousiast. Daniel leek opgelucht dat Emily deze ochtend het voortouw had genomen. Emily kon aan zijn gezichtsuitdrukking zien dat hij zich met de situatie geen raad wist.
“Hé,” stelde ze zachtjes voor, voorzichtig, om hem niet op de teentjes te trappen. “Waarom help je Chantelle niet even met aankleden?”
Hij knikte gehaast, alsof hij zich er een beetje voor geneerde dat dat niet eens in hem was opgekomen. Met een wat houterige tred bracht hij het kleine meisje naar de slaapkamer zodat ze zich kon omkleden. Emily zag ze gaan en merkte op hoe ongemakkelijk Daniel eruitzag bij het uitvoeren van deze simpele oudertaak. Ze vroeg zich af of een van de problemen die hij in Tennessee had ervaren het wennen aan de vaderrol was geweest, en of hij zo druk was geweest met praktische zaken – huisvesting, scholing, voeden – dat hij nog niet de gelegenheid had gekregen om te verwerken dat hij nu een vader moest zijn.
Toen iedereen eindelijk klaar was, verlieten ze het koetshuis en liepen het grindpad op in de richting van de B&B. Chantelle schopte steentjes van de oprijlaan en lachte om de geluidjes die ze met haar schoenen kon maken. Ze hield de hele weg lang Daniels hand stevig vastgeklemd, maar geen van beiden leken daarbij op hun gemak. Daniel zag er stijf en ongemakkelijk uit, alsof hij wanhopig poogde vooral niets verkeerd te doen en het broze wezentje dat aan zijn zorg was toevertrouwd niet te breken. Aan de andere kant zag Chantelle er radeloos uit, alsof ze Daniel nooit meer los wilde laten, alsof dat haar onwaarschijnlijk veel verdriet zou doen.
Emily wist niet zeker wat ze nu het best kon doen. Met enige aarzeling pakte ze de andere hand van het meisje in de hare, en ze was blij en opgelucht dat Chantelle niet terugdeinsde of haar hand terugtrok. Daniel leek eveneens een stuk opgeluchter door Emily’s tussenkomst en begon zich wat normaler te gedragen. Chantelle’s grip op zijn hand werd op zijn beurt iets losser.
Gedrieën liepen ze de trap van de veranda op naar de voordeur, en Emily ging hen voor naar binnen.
Chantelle bleef in de deuropening hangen, alsof ze er niet helemaal gerust op was dat ze op zo’n plek thuishoorde. Ze keek achterom naar Daniel ter aanmoediging. Hij glimlachte geruststellend en knikte. Aarzelend stapte Chantelle naar binnen en Emily voelde haar hart overslaan van emotie. Ze vocht om haar tranen tegen te houden.
Emily kreeg meteen de indruk dat Chantelle sprakeloos was van het huis waar ze zich nu in bevond. Ze staarde naar alles om haar heen, naar de grote, brede trap met gepolijste balustrades en crèmekleurige tapijt, naar de kroonluchter en de gigantische antieke receptiebalie die bij Rico vandaan kwam. Ze leek zelfs verstomd door de kunstwerken en foto’s in de gang.
De enige vergelijking die bij Emily opkwam was met die van een kind dat voor het eerst het huis van de Kerstman binnenstapt.
Emily liet haar de woonkamer zien, en Chantelle snakte zachtjes naar adem toen haar oog op de piano viel.
“Je mag er best op spelen als je dat wilt,” moedigde Emily haar aan.
Dat liet Chantelle zich geen tweede keer zeggen. Ze ging rechtstreeks op de antieke piano in de nis van de erker af en begon op de toetsen te tingelen.
Emily glimlachte naar Daniel. “Ik vraag me af of we een toekomstig musicus in ons midden hebben.”
Daniel bekeek Chantelle haast met een blik van verwondering, alsof hij zich niet kon voorstellen dat ze daadwerkelijk bestond. Emily vroeg zich af of hij eigenlijk ooit eerder contact met kinderen had gehad. Zijzelf had tal van keren op Bens nichtjes gepast, en wist er dus op z’n minst een beetje iets van af. Daniel zag er daarentegen uit alsof dit hem ver te boven ging.
Op dat moment stopte Chantelle met spelen. Het geluid van haar dissonante tonen had de honden erop geattendeerd dat er iemand thuis was gekomen, en ze begonnen vanuit de bijkeuken te blaffen.
“Hou je van honden?” vroeg Emily aan Chantelle. Ze had besloten dat ze hier het voortouw zou nemen.
Chantelle knikte enthousiast.
“Ik heb er twee,” vervolgde Emily. “Regen is de puppy, en Mogsy zijn moeder. Wil je ze ontmoeten?”
De grijns op Chantelle’s gezicht werd breder.
Toen Emily haar de gang in leidde, voelde ze Daniels hand op haar arm.
“Is dat wel een goed idee?” vroeg hij zachtjes fluisterend toen ze naar de keuken liepen. “Ze zullen haar toch niet bang maken? Of bijten?”
“Welnee,” stelde Emily hem gerust.
“Maar je hoort zo vaak over honden die kinderen aanvallen,”mompelde hij.
Emily rolde met haar ogen. “Dit zijn Mogsy en Regen, weet je nog? De mafste, sufste honden van de hele wereld.”
Ze kwamen bij de keuken aan en Emily wees Chantelle de bijkeuken. Ze had de deur nog niet opengedaan of de honden begonnen op te springen en naar hen te keffen. Daniel stond uiterst gespannen te kijken terwijl Regen rondjes om Chantelle rende, terwijl Mogsy aan haar truitje krabde en haar probeerde te likken. Maar Chantelle vond het helemaal het einde. Ze barstte los in gegiechel.
Daniel sperde zijn ogen open van verrassing. Emily wist intuïtief dat hij Chantelle hier voor de eerste keer zoveel vreugde ten toon zag spreiden.
“Volgens mij vinden ze je leuk,” zei Emily met een glimlach tegen Chantelle. “We kunnen ze wel mee naar buiten nemen, als je dat leuk vindt.”
Chantelle keek haar aan met grote blauwe ogen. Ze zag er dolgelukkig uit.
“Echt waar?” stamelde ze. “Mag dat?”
Emily knikte. “Absoluut.” Ze gaf Chantelle een paar hondenspeeltjes. “Ik hou wel een oogje op je van achter het raam.”
Ze opende de achterdeur die toegang gaf tot de achtertuin, en de honden sprongen naar buiten. Chantelle aarzelde even, alsof ze wat terughoudend was om alleen de deur uit te gaan en haar eerste stap naar zelfstandigheid te zetten. Maar uiteindelijk vond ze haar zelfvertrouwen, stapte naar buiten, en gooide een bal om de honden te laten apporteren.
Toen Emily terugliep naar de keuken, was Daniel net een verse pot koffie aan het zetten.
“Gaat het?” vroeg ze zachtjes.
Daniel knikte. “Ik ben dit niet gewend. Ik maak me er vooral verschrikkelijke zorgen over dat haar niets overkomt. Ik zou haar wel in een doosje willen stoppen.”
“Allicht,” antwoordde Emily. “Maar je moet haar wel wat vrijheid gunnen.”
Daniel zuchtte. “Hoe gaat dit jou toch allemaal zo gemakkelijk af?”
Emily haalde haar schouders op. “Ik denk helemaal niet dat het me zo gemakkelijk afgaat. Ik doe maar wat. Ze is hartstikke veilig daar, zolang we een oogje op haar houden.”
Ze leunde tegen de gootsteen en keek uit het grote raam naar de achtertuin, waar Chantelle aan het rondrennen was met de honden enthousiast achter haar aan. Maar terwijl Emily toekeek, werd ze plotseling getroffen door hoezeer Chantelle op Charlotte leek op die leeftijd. De overeenkomsten waren treffend, bijna griezelig. Door de aanblik kwam weer een van Emily’s verloren herinneringen naar boven. Ze had dit soort spontaan opborrelende herinneringen regelmatig gekregen sinds ze naar het huis in Sunset Harbor was verhuisd, en hoewel de abrupte verschijningen in haar gedachten haar behoorlijk lieten schrikken, koesterde ze hen allemaal. Ze waren net puzzelstukjes. Elk stukje hielp haar een beeld op te bouwen van haar vader en van het leven dat ze voor zijn verdwijning hadden gedeeld.
In deze herinnering had Emily hoge koorts, misschien zelfs griep. Ze waren maar met zijn drieën, alweer, omdat haar moeder niet naar Sunset Harbor wilde komen voor een lang weekend, en haar vader probeerde daarom zo goed hij kon voor haar te zorgen. Ze herinnerde zich dat een vriend van haar vader zijn honden had meegenomen en dat Charlotte met ze mocht spelen, maar Emily was te ziek en moest binnen blijven. Ze was zo overstuur dat ze de honden had gemist, dat haar vader haar naar het raam had getild – het keukenraam waar ze nu uit keek – zodat ze naar buiten kon kijken.
Emily trok zich terug van het raam en hapte naar adem. Ze merkte dat ze natte wangen had, dat ze had staan huilen toen ze Chantelle in Charlotte zag veranderen. Niet voor het eerst had Emily een sterk gevoel dat Charlotte’s geest met haar communiceerde; dat ze op een of andere manier in Chantelle voortleefde en Emily een teken zond.
Op dat moment doemde Daniel achter haar op en sloeg zijn armen om haar heen. Hij was een welkome afleiding, en ze leunde haar hoofd achterover totdat het tegen zijn borst rustte.
“Wat is er?” vroeg hij zachtjes, met troostende stem.
Hij zag vast de tranen uit haar ogen rollen. Emily schudde haar hoofd. Ze wilde Daniel niet over haar flashback vertellen, of dat ze het gevoel had dat Charlotte’s geest zich in Chantelle bevond; ze wist niet wat hij ervan zou vinden.
“Het was maar een herinnering,” zei ze.
Daniel hield haar stevig vast en wiegde haar heen en weer. Hij leek zo totaal anders om te gaan met Emily op deze rare momenten dan met Chantelle. Bij Emily wist hij waar hij aan toe was, en ze kon zien hoeveel zelfverzekerder hij met haar was, vergeleken met zijn dochter. Ze had zo vaak op hem gesteund. Nu was het haar beurt om hem iemand te geven om op te steunen.
“Het is best overdonderend hè?” zei ze uiteindelijk terwijl ze zich naar hem omdraaide.
Daniel knikte met een gepijnigde gezichtsuitdrukking. “Ik weet niet eens waar ik moet beginnen. Ik moet haar in ieder geval op een school inschrijven. Het volgende semester begint woensdag. En dan moet ik kijken hoe we de slaapplaatsen kunnen indelen.”
“Als je op die ligbank blijft slapen gaat je rug eraan,” stemde Emily in. Toen sloeg de inspiratie toe. “Kom hier wonen.”
Daniel aarzelde even. “Dat wil je niet echt. Je hebt zo veel aan je hoofd dat je ons er echt niet nog eens bij kan hebben.”
“Ik wil het wel,” hield Emily vol. “Ik wil dat Chantelle de ruimte heeft, en haar eigen kamer.”
“Dit is echt niet nodig,” zei Daniel, nog steeds terughoudend.
“En dan hoef je ook niet alleen te zijn. Ik ben er voor je. Het is zoveel slimmer dan dat jullie samen opgepakt in het koetshuis zitten.” Ze omklemde hem stevig.
“Maar je kan het je toch niet veroorloven om een gastenkamer op te geven, of wel soms?”
Emily glimlachte. “Weet je nog dat we het erover hadden om het koetshuis tot een aparte vakantiesuite te maken, losstaand van de B&B? Nou, is dit niet een perfect moment? Chantelle kan de kamer nemen naast de hoofdslaapkamer zodat ze dichtbij ons is. Ze krijgt een eigen sleutel dus ze is veilig. Dan kan jij het koetshuis renoveren zodat het klaar is voor Thanksgiving. Ik durf te wedden dat het een enorme trekpleister wordt voor klanten.”
Daniel keek zorgelijk. Ze begreep niet precies waar zijn terughoudendheid op stoelde. Was het zo’n schrikbeeld met haar samen te moeten leven dat hij liever in het benauwde koetshuis zat?
Maar uiteindelijk knikte hij. “Je hebt gelijk. Het koetshuis is ongeschikt voor een kind.”
“Dus je trekt bij mij in?” zei Emily, haar wenkbrauwen opgetrokken van opwinding.
Daniel glimlachte. “We trekken bij je in.”
Emily gooide haar armen om hem heen en voelde zijn armen haar steviger omklemmen.
“Maar ik zweer wel dat ik op een of andere manier genoeg ga verdienen om ons te onderhouden,” zei Daniel.
“Daar denken we wel een andere keer over,” zei Emily. Ze was te overdonderd van geluk om over dit soort details na te denken. Het enige dat op dat moment telde was dat Daniel bij haar ging intrekken, en dat ze een kind hadden om van te houden en voor te zorgen. Ze gingen een gezin vormen, en Emily kon niet gelukkiger.
Toen voelde ze zijn warme adem terwijl hij in haar oor fluisterde. “Dank je. Vanuit het diepst van mijn ziel. Dank je.”
*
“Wat vind je ervan om hier je slaapkamer van te maken?” vroeg Emily.
Ze stond met Chantelle in de deuropening van een van de mooiste kamers van de hele B&B. Daniel hing achter hen.
Emily keek toe terwijl Chantelle’s gezicht zich plooide in een uitdrukking van verbijstering. Toen liet Chantelle Emily’s hand vallen en schreed langzaam de kamer in, behoedzaam stappend alsof ze niets wilde breken of verstoren. Ze liep naar het grote bed met schoon, scharlakenrood beddegoed en liet er vederlicht haar vingertoppen over glijden. Toen liep ze naar het raam en keek uit over de tuin en de oceaan die glinsterde boven de boomtoppen. Emily en Daniel hielden hun adem in terwijl het kleine meisje zich zorgvuldig door de kamer bewoog, voorzichtig een lamp oppakte en hem weer neerzette, en daarna in de lege kledingkasten keek.
“Wat vind je ervan?” vroeg Emily. “We kunnen de muren wel een andere kleur schilderen als je geen wit wilt. De gordijnen kunnen veranderd. Je kan je foto’s aan de muur hangen.
Chantelle draaide zich om. “Ik vind het prachtig zoals het nu is. Mag ik echt een slaapkamer hebben?”
Emily voelde Daniel naast zich verstarren. Ze wist gelijk waar hij aan dacht: dat Chantelle, zes jaar oud, nog nooit eerder een eigen slaapkamer had gehad; dat het leven dat ze tot dusverre had geleid gekenmerkt werd door ontberingen en verwaarlozing.
“Dat mag je echt,” zei Emily met een vriendelijke glimlach. “Zullen we je spulletjes uitpakken? Dan begint het echt als je eigen kamer aan te voelen.”
Chantelle knikte en ze gingen allemaal mee haar spulletjes uit het koetshuis ophalen. Maar daar eenmaal aangekomen kwam Emily er tot haar verbijstering achter dat Chantelle slechts één zielige rugzak bij zich had.
“Waar zijn al haar spullen?” vroeg ze Daniel steels toen ze terugkeerden naar het huis.
“Er is verder niks,” antwoordde Daniel. “Bijna niets in het huis van Sheila’s oom was van haar. Ik heb Sheila erover aan de tand gevoeld en ze zei dat ze het allemaal achter hadden moeten laten toen ze uit hun huis gezet werden.”
Emily snoof verholen. De gedachte aan al het verschrikkelijke dat Chantelle in haar korte leven had doorstaan was hartverscheurend. Wat ze meer dan wat dan ook wilde was dat het kleine meisje zich nu veilig kon voelen, dat ze de kans kreeg op te bloeien en het verleden achter zich kon laten. Emily hoopte dat Chantelle met liefde, geduld en stabiliteit van haar vreselijke start zou kunnen herstellen.
In Chantelle’s nieuwe kamer hing Emily de schamele kleding die ze bezat aan hangers in de kledingkast. Ze had net twee spijkerbroeken, vijf bloesjes en drie truien. Ze had niet eens genoeg sokken voor een hele week.
Chantelle hielp haar ondergoed in een van de laden van het dressoir te leggen. “Ik vind het zo fijn dat ik nu ouders heb,” zei Chantelle.
Emily ging op een hoekje van het bed zitten, gebrand op het aanmoedigen van Chantelle’s openhartigheid. “Ik vind het fijn om zo’n lief meisje als jij te hebben om leuke dingen mee te doen.”
Chantelle bloosde. “Wil jij samen met mij dingen doen?”
“Natuurlijk!” zei Emily, enigszins verrast. “Ik kan bijna niet wachten tot ik je naar het strand mee kan nemen, met je te gaan varen, samen bordspelletjes en balspelletjes te doen.”
“Mijn mama wilde nooit met me spelen,” zei Chantelle met een klein, week stemmetje.
Emily voelde haar hart breken. “Het doet me verdriet dat te horen,” zei ze, en probeerde de pijn in haar hart niet in haar stem te laten doorklinken. “Maar nu kan je van alles spelen. Wat wil je graag doen?”