Shane’s gezicht bleef evenwel vertrokken in een geamuseerde grijns. Hij nam een trage slok van zijn pint. “Jij bent een van die keurige types, of niet?” grapte hij. “Het werk gaat altijd voor.”
Keira keek hem meewarig aan. “Ik weet niet hoe het mogelijk is dat je me denkt te kennen,” zei ze. “Je kent me net vijf minuten.”
Shane bleef maar grijzen. Hij antwoordde niet, alsof de discussie al afgesloten was.
Keira werd gespannen. Hij was weliswaar een knappe vent, maar als hij zo doorging zou hij haar flink op de zenuwen werken. Ze wist niet of ze dertig dagen van plagerijen en drank en geen ruimte om te schrijven wel aankon.
Misschien zou deze opdracht moeilijker worden dan ze verwacht had.
*
Rond middernacht wist Keira zich eindelijk te excuseren. Ze was de tel kwijtgeraakt van de pinten Guinness die Orin en Shane hadden gedronken, maar ze waren gelukkig opgehouden met hun pogingen haar over te halen hen bij te houden. Desondanks tolde haar hoofd terwijl ze de trap opliep naar haar kamer.
Ze deed de deur dicht, maar het dreunende geluid van de muziek en vrolijkheid beneden hield niet op. Keira voelde zich gespannen, alsof ze te strak was opgewonden. Ze bekeek haar telefoon, maar zag geen bericht van Zach. Nu zou hij toch echt de kans hebben gehad om haar berichtjes te lezen. Dat betekende dat hij haar negeerde. Lekker volwassen, dacht Keira.
In ieder geval had ze berichtjes terug ontvangen van Nina en Bryn, met een hele rits aan vragen. Ze sms’te Nina – die het stuk zou redigeren – om haar te vertellen dat ze een propvol programma had en ze de eerstkomende tijd geen schrijfwerk kon verwachten. Naar Bryn sms’te ze een korte beschrijving van Shane’s lichaamskenmerken en wat emoji’s van vlammetjes.
Hij is wel een eikel. Een van die arrogante figuren die denkt dat het leuk is om je te pesten.
Bryns antwoord liet niet lang op zich wachten. Het IS ook leuk.
Keira lachte en stopte haar telefoon weg. De muziek beneden zou haar zeker een paar uren wakker houden, dus ze kon evengoed wat tijd op haar laptop besteden. Ze pakte het uit haar tas en begon een e-mail naar Elliot te schrijven met wat eerste ideetjes over de invalshoek van het artikel. Dankzij al die pinten Guinness merkte ze dat ze nog een sarcastischere toon aansloeg dan ze had verwacht.
Als je je ooit hebt afgevraagd hoe een tapijt ruikt waarin gedurende tientallen jaren oude Guinness is gestampt, dan kan je je hart ophalen in het St. Paddy’s Inn in Lisdoonvarna in County Clare. Als exotische Amerikaan wekte mijn komst een stortvloed aan verstikkende Ierse gastvrijheid op. Ik zeg verstikkend, want het is gewoon niet mogelijk om de overweldigende hoeveelheden alcohol af te slaan. Vandaar dus ook de bovengenoemde geur van oude Guinness in iedere groef van deze groezelige, bedompte, aftandse kroeg. Sterker nog, deze tent is zo doordrenkt van Guinness dat de tapijten, gordijnen en het behang allemaal plakkerig aanvoelen. Laten we maar zeggen dat het me niet zou verbazen als het water van mijn ochtenddouche (in de ouderwetse, pietepeuterige aangrenzende badkamer) er zwart met een schuimkraag uitstroomt…
Op die bijtende toon ging ze nog een tijdje door. Ze wist dat het gemeen was om de B&B en de vriendelijke mensen die ze tot nu toe had ontmoet zo van langs te geven, maar ze kon zichzelf gewoon niet tegenhouden.
Ze beëindigde haar schrijfwerk en verstuurde de e-mail. Elliot antwoordde vrijwel direct met een complimenteuze e-mail.
Ga zo door, Keira. Dit is goud!
Op dat moment ging Keira’s telefoon af. Het was Bryn. Keira zuchtte, beseffend dat ze vanavond geen werk meer gedaan zou krijgen. Ze sloot haar laptop en nam op. Intussen klom ze het bed in.
“Hoe is het?” vroeg ze aan haar zus.
“Ik heb net een waardeloze date gehad,” legde Bryn uit. “Dus ik dacht je even te bellen om wat meer te weten te komen over die lekkere gids.”
Keira lachte. “Nou ja, hij heeft teveel haar. En zijn kledingsmaak is om te huilen. Maar met een beetje schrobben komt hij wel goed uit de bus.”
“Ik denk dat je voor moet gaan,” zei Bryn.
Keira zoog de adem in, verrast door hoe bot Bryn was, zelfs voor haar doen. “Hoe moet het dan met Zach!” lachte ze.
“Hoe moet wat dan met hem?” antwoordde Bryn minachtend.
Keira kreunde. “Hij is mijn vriend,” herinnerde ze Bryn. “En zelfs als Shane zijn haren laten knippen en zijn hele klerenkast vervangt kan ik nog steeds geen vijf minuten in zijn gezelschap verkeren zonder hem te wurgen.”
Bryn lachte. “Dat gaat de komende weken wat lastig maken he?”
“Dat, en het feit dat mijn kamer boven een kroeg zit die geen sluitingstijd lijkt te hebben, maar wel een live band vierentwintig uur lang, zeven dagen per week.”
“Dat klinkt super,” sprak Bryn haar tegen. “Jemig Keira, je werkt zo hard dat je niet eens kan zien in wat voor gave situatie je verkeert! Je hebt me net verteld dat het feest nooit ophoudt en met een kreun.”
“Je klinkt net als Shane,” antwoordde Keira. “Als ik niet wil drinken of dansen of lol wil trappen dan hoef ik dat helemaal niet!”
Zij en Bryn beëindigden hun gesprek, en Keira merkte dat ze, ondanks al het lawaai van beneden, nauwelijks haar ogen open kon houden. Dus nestelde ze zich onder het dunne dekbed en legde haar hoofd te rusten op het bobbelige kussen. Er was nog altijd geen antwoord van Zach op haar komische sms’jes. Ze probeerde hem te bellen, maar de telefoon rinkelde en rinkelde maar.
Ze bekeek Instagram en zag foto’s van Zach op Ruths bruiloft. Hij zag er prachtig uit in zijn pak, maar zijn gezichtsuitdrukking was zo eenzaam. Hij leek ongemakkelijk daar zo alleen te staan, en ze schaamde zich dat ze daar niet met hem was geweest. Misschien had haar moeder toch gelijk. In je eentje naar een bruiloft gaan was duidelijk ontzettend gênant.
Terwijl ze in slaap viel, begon Keira te dromen dat ze op de bruiloft was met Zach. Alleen was het niet Zach, het was Shane, geschoren en strak in het pak. Hij was nog knapper dan ze zich had voorgesteld.
Keira schrok wakker. De zaken stonden er al moeilijk genoeg voor zonder dat ze verliefd werd op haar gids!
Ze duwde alle gedachten uit haar hoofd en viel eindelijk in een diepe slaap.
HOOFDSTUK VIER
“Heb je lekker geslapen?” vroeg Orin zodra Keira de volgende ochtend vroeg de trap afliep en uitkwam in het kroeggedeelte van de B&B.
Ze wreef over haar slaperige ogen. “Ja, bedankt.” De leugen ging haar gemakkelijk af. Ze deed liever alsof ze zeer tevreden was met haar gammel bed, dun dekbed, en bobbelige kussens dan dat ze ging klagen en Orin er ophef over zou maken. Per slot van rekening kon ze er later over schrijven, en op die manier louterend haar hart luchten.
“Ga lekker zitten en eet wat ontbijt,” zei Orin, die haar naar een tafeltje bracht en koffie voor haar plaatste. Het werd al gauw gevolgd door een kommetje pap. Hij ging tegenover haar zitten. “Ik heb het op de Ierse manier gemaakt. Ik hoop dat je het lekker vindt.”
Hij grijnsde nogal breed.
“Wat is de Ierse manier?” mompelde Keira wantrouwend.
Ze nam een slokje van haar koffie en was verrast hoe lekker die was. Wat de Ierse manier ook mocht zijn, ze kon er niet over klagen! Toen lepelde ze wat pap in haar mond en slaakte bijna een verrukte uitroep. Ze had nog nooit zoiets romigs, zo ontzettend fantastisch geproefd.
“Tjesis, hoe smaakt dit toch zo lekker?” zei Keira terwijl ze weer een hap pap verorberde. “Krijgen de koeien biologisch gras te eten en worden ze gemolken door de handen van maagden?” grapte ze.
Orins grijns werd nog breder. “Baileys in de koffie. En een scheutje whiskey in de melk.”
Keira was geschokt. “Alcohol om acht uur ’s ochtends?” zei ze verstikt. “Is dat wel een goed idee?”
Orin knipoogde. “De beste manier om je dag te beginnen. Dat en een stevige wandeling. En die krijg je zodra ik je naar je ontmoeting breng met William Barry, die de leiding heeft over het festival.”
Keira besefte toen dat Orin al klaar stond om de B&B te verlaten. Hij droeg laarzen die tot halverwege zijn kuiten kwamen alsof hij waterplassen verwachtte. Of modder. Hoe dan ook was Keira niet in de stemming voor een wandeling.
“Dat hoeft niet, hoor,” zei ze. “Ik heb GPS in de auto dus ik zal niet verdwalen/”
Orin wees naar haar koffie. “Dat is niet de reden waarom ik het doe.”
Het cynische gedeelte van Keira’s brein vroeg zich af of Orin haar opzettelijk alcohol had gevoerd zodat ze zijn aanbod van een wandeling niet kon afslaan. Maar ze wist dat dat onzin was. Orin was gewoon een lieve oude man die trots was op zijn stadje. Hij wilde het laten zien aan de cynische New Yorker met wie hij was opgezadeld.
“Kom maar mee,” vervolgde Orin. “Je bent hier toch om het ware Ierland te leren kennen! Om te leven als een plaatselijke bewonder! Je kan niet echt weten hoe we werkelijk leven als je niet in onze voetstappen bent gevolgd!!
Hij trok speels aan haar arm. Zijn enthousiasme begon in overredingskracht om te slaan en Keira besefte dat ze zijn aanbod onmogelijk kon afslaan. Orin zou haar naar die vergadering laten lopen, wat ze ook zei! Weigeren bestond gewoon niet.
Ze gaf toe en dronk het laatste beetje alcoholische koffie op. Ze voelde de gevolgen daarvan zodra ze opstond. Toen verlieten zij en Orin de bedompte B&B en kwamen in het felle zonlicht van de ochtend. Ook al was de lucht grijs getint, Keira moest toch haar ogen dichtknijpen tegen de felle schittering.
“Ga je gang,” zei ze tegen Orin, terwijl ze het enige pad bekeek, een bochtig plattelandsweggetje dat naar de voet van de heuvel kronkelde. Er waren hier en daar aan weerszijden enkele gebouwtjes, maar het werd voornamelijk omringd door weelderige groene akkers vol schapen.
“Het is zo’n drie kilometer lopen naar het stadhuis als we de weg blijven volgen,” zei Orin. “Maar als we door de akkers lopen is het de helft van de afstand. Natuurlijk heeft de boer wel het recht om op ons te schieten, gezien het feit dat we zonder toestemming op zijn terrein zijn, maar iedereen kent iedereen hier dus het komt wel goed.”
Keira slikte. “Laten we ons maar aan de toeristische route houden,” zei ze.
“Wat jij wilt,” zei Orin nonchalant, duidelijk zonder haar schrik op te merken.
Ze begonnen aan hun wandeling. Ondanks het vroege uur leek iedereen die ze tegenkwamen gelukkig en vriendelijk. Toen ze de hoofdstraat bereikten (als die zo genoemd kon worden) was er zelfs een klein groepje muzikanten dat violen en accordeons bespeelde, en oude volksliedjes zong. Mensen dansten en zongen mee. Keira kon haar ogen amper geloven. Hoe kon een plek zo’n collectieve blijdschap herbergen? Misschien had ze het niet bij het rechte eind gehad toen ze haar harde, snelle oordelen geveld had.
“Hier zijn we dan,” zei Orin, toen ze hun bestemming bereikten.
Evenals alle andere gebouwen in Lisdoonvarna, was deze in fel geschilderd, in donkeroranje ditmaal, waarmee het een bijdrage leverde aan de regenboogstraten. Een bord boven de deur verkondigde: Huis van de Koppelaar. De deur zelf was bedekt met plaatjes van Cupido.
Keira trok een wenkbrauw op bij het aanschouwen van deze kitsch, en ging achter Orin aan naar binnen. Een oude heer kwam overeind van achter zijn bureau en liep op haar af.
“William Barry,” zei hij, met een uitgestoken hand. “Jij bent de Amerikaanse journalist."
Keira schudde haar hoofd. “Ik ben reisschrijver, geen journalist.”
“Dus dit stuk gaat niet in de New York Times verschijnen?” vroeg William met een frons.
Keira wierp een smekende blik op Orin. Leefde William werkelijk in de veronderstelling dat ze voor een of andere gigantische organisatie werkte? Wat als Heather de waarheid enigszins verbogen had toen ze deze reis organiseerde, wetende dat Josh geen probleem zou hebben met liegen en vleien om zijn doel te bereiken?
Plotseling barstte Orin in lachen uit. Keira keek weer naar William. Ook hij lag dubbel van het lachen.
“Je had je gezicht moeten zien!” riep hij uit, terwijl zijn gezicht knalrood werd.
Keira kon de grap er niet helemaal van inzien. Er stond voor haar zoveel op het spel met deze eerste echte opdracht, dat ze plagerijen niet kon velen.
“Ga zitten, ga toch zitten,” zei William toen hij opgehouden was met lachen.
Keira trok een van de houten stoelen naar zich toe en nam plaats aan het bureau. Orin ging naast haar zitten. Net toen William ging zitten kwam een vrouw met vuurrood haar binnen met een dienblad waarop een theepot, kopjes en een melkkannetje stonden.
“Dit is mijn secretaresse, Maeve,” zei William toen de vrouw het dienblad had neergezet. “Bedankt, lieverd.”
Ze verliet de kamer en William schonk de kopjes thee in. Het maakte niet uit dat Keira niet zo’n theedrinker was, ze voelde zich niet in staat het af te slaan, en nam daarom het kopje zonder protesteren aan.
William vouwde zijn handen op de tafel. “Ik moet zeggen, we zijn erg enthousiast over je komst, Keira. Door de manier waarop de wereld aan het veranderen is met al die datingsites op het Internet, wordt het steeds lastiger om klanten te krijgen. Ik hoop dat jouw stuk wat hernieuwde interesse kweekt.”
Keira bedekte haar schuldige gezichtsuitdrukking met haar theekopje. Ze was beschaamd over de wetenschap dat ze zo’n bijtend stuk zou schrijven. William en Orin leken haar lieve, goudeerlijke mensen, en ze hadden haar zo gastvrij onthaalt. Maar ze had haar opdracht, en haar instructies. Ze maakte zichzelf wijs dat het onderuithalen van een mal festival aan de andere kant van de wereld door een blad dat niet even in Ierland geïmporteerd werd, nu niet bepaald de doodsklap kon geven aan de zaak.
“Ken je de geschiedenis van het festival?” vervolgde William.
“Ik heb me wat ingelezen voor mijn komst,” zei Keira knikkend.
Maar toen William aan een monoloog begon over het festival hield ze haar mond. Het was wel duidelijk dat ze op een verbale geschiedenis onthaald zou worden, of ze wilde of niet.
“Mijn vader deed hierin. Zijn vader voor hem. Sterker nog, de Barry’s zijn al zo lang als men zich kan herinneren koppelaars geweest. Vroeger werden edelen die bezoekjes brachten voor het water gekoppeld aan mooie jonge plaatselijke meisjes. Er wordt gezegd dat Ierse meisjes enorm vruchtbaar zijn, zie je, en dat was het grootste verkoopargument van de koppelaar.”
Keira kon maar amper een uitdrukking van walging op haar gezicht tegenhouden. Maar William merkte het niet en vervolgde zijn verhaal.
“Gewoonlijk vond het plaats net na de oogst, wanneer de meisjes op hun molligst waren en hun borsten het volst. Een goede koppelaar zorgde er wel voor dat de meisjes getrouwd en afgevoerd waren voor de winter, aangezien de kans bestond dat ze tijdens de winter longontsteking zouden oplopen en overlijden.”
Keira perste haar lippen samen om niet te giechelen. Ze kon niet zien of William over het een en ander in de maling liep te nemen, maar ze had zo’n vermoeden dat hij doodserieus was. Hoewel ze zich inderdaad had ingelezen, was Williams formulering erg grappig.
“Toen veranderden de tijden natuurlijk. Er kwamen andere types naar het stadje. Veel mannen kwamen om in oorlogen. De dreiging van hongersnood dreef mensen tot jong in het huwelijk te treden, en om het even met wie. Het was een moeilijke tijd voor de koppelaar. Toen ik de zaak van mijn vader overnam werd ik vooral betaald door boerenknechten die aan een van mijn plaatselijke meisjes gekoppeld wilde worden.” Hij klopte op een boek. “Dus hield ik een lijstje bij van hen.”